Abdij Lilbosch – Echt
Cisterciënsermonniken

  1. Startseite
  2. /
  3. Uncategorized
  4. /
  5. 4e ZONDAG DOOR HET...

4e ZONDAG DOOR HET JAAR : B : Mc. 1, 21-28 : 28-01-2024

Broeders en zusters,

Jesus is in de synagoge van Kafarnaüm en neemt het woord. Dat kón in de Joodse synagoge-diensten. Er waren geen eigenlijke voorgangers. Iedereen kon het woord nemen en een woord uit de Schriften verklaren of toepassen. Men had dus al de nodige sprekers meegemaakt. Maar toen Jesus het woord nam, raakten, zo hoorden we, de aanwezigen buiten zichzelf van verbazing over zijn leer, want Hij onderrichtte hen niet zoals de Schriftgeleerden maar als iemand die gezag bezit. Die reactie legt iets heel wezenlijks open. De Schriftgeleerden en al die overige sprekers hadden een ontleend gezag: voorzover ze namelijk het gezagvolle woord van de Heilige Schrift trefzeker ontsloten. Bij Jesus is dat ánders. Zijn gezag is een wonderlijk tegelijk van ontleend aan God en tóch eigen, van eigen en tóch ontleend aan God. Het meest beslissende en wonderlijke aan Jesus is niet wat Hij zegt, al zegt Hij uitermate belangrijke en richtinggevende dingen. Het meest wonderlijke aan Jesus is Hijzelf. De eigenlijke boodschap van het Evangelie is Hijzelf. Het evangelie is niet allereerst een leer, of een nieuwe Schriftuitleg, of een levensbeschouwing. De Blijde Boodschap is de persoon van Jesus, is Jesus in persoon!

De weg van een christen is dan ook niet zozeer een weg van nauwgezette studie van Jesus’ leer, of een weg van navolging van Christus. Dat natuurlijk óók, en hoe zou ons leven en onze wereld er anders uitzien als we werkelijk daarmee ernst zouden maken. De weg van een christen is daarbovenuit: je inleven in Christus, verbonden raken met Hem, deel gaan uitmaken van zijn persoon en zijn leven, zodat Hij gaat leven en werken en bidden in jou en door jou. Dat allemaal klinkt, als een eerste voorschot, al mee in dat optreden van Jesus in de synagoge van Kafarnaüm en de reactie van de toehoorders daarop. Dat zal later, ná Jesus’ verrijzenis, nog veel helderder oplichten. Dan zal ook de diepe zin beter oplichten van de ongewone aanduiding waarmee Hij zichzelf bij voorkeur aanduidde: de Mensenzoon: dat Jesus als het ware ruimte in zichzelf heeft uitgespaard, zodat wij werkelijk kunnen gaan deel uitmaken van zijn persoon en zijn leven!

In het stukje evangelie van vandaag horen we een andere aanduiding voor Jesus: Hij wordt daar de Heilige Gods genoemd. De Heilige Gods: Hij is degene die de heiligheid van God, dat is Bijbeltaal voor: het diepst-eigene van God, de ongrijpbare goddelijkheid van God tegenwoordig stelt. Jesus is het evangelie in persoon, omdat in Hem het ongrijpbaar diepst-eigene van God tegenwoordig komt, en: daarmee toegankelijk! Jesus’ gezag, dat wonderlijke tegelijk van ontleend aan God en tóch eigen, van eigen en tóch ontleend, is even hoogheilig als het gezag van God Zelf. En Zijn persoonsgeheim raakt diep aan het diepste van God, ja: is even diep als God Zelf diep is. De Kerk zal later, in haar groeiend inzicht in het diepste wezen van God als Drie-eenheid, herkennen dat Jesus’ persoonsgeheim samenvalt met dat van de eeuwige Zoon in de schoot van de eeuwige Vader. En dat Jesus dus ook daar als het ware ruimte heeft uitgespaard, zodat wij werkelijk kunnen gaan deel uitmaken van zijn relatie met de Vader, en van zijn leven in de schoot van de Vader!

Zo zitten we al vanaf de eerste woorden van Jesus’ verkondiging, en vanaf de eerste gebeurtenissen in zijn optreden meteen in het hoogste en het diepste. Het leven van een christen blijkt een soort achtbaan. Sommigen zijn meer genegen enkel een stukje van de achtbaan mee te maken, liefst ergens aan het begin. En denken daaraan al meer dan genoeg te hebben voor heel hun leven. En menselijk gezien ís dat ook zo. Maar de reis gaat verder en hoger en dieper, steeds verder de ruimte in die Christus in Zichzelf voor ons had uitgespaard. Christen zijn vraagt véél van een mens. Het vraagt grote beschikbaarheid. Het vraagt volledig meegeven aan Gods plannen met ons, ook als die volslagen voorbij onze voorstellingen gaan. Het vraagt om vrij te worden van alles wat ons in bezit genomen heeft, ons dus bezeten maakt en in z’n macht houdt en tegenhoudt. Daarom ook die genezing van een bezetene, in het evangelie van vandaag. Het vraagt om, voorbij alle gespletenheid en dubbelheid die in ons zit, een toegewijd mens uit één stuk te worden, zodat ook ons meegeven totaal kan zijn, en Christus ons totaal kan meenemen: meenemen – in Hemzelf!

Amen.

Br. M.

Nach oben scrollen