Abdij Lilbosch – Echt
Cisterciënsermonniken

  1. Home
  2. /
  3. Uncategorized
  4. /
  5. HEMELVAART : A :...

HEMELVAART : A : Hand. 1,1-11 &  Mt. 28, 16-20 : 18-05-2023

Broeders en zusters,

Er zijn tijden geweest, dat de hemelvaart van Jesus vooral als een afscheidsgebeuren werd beleefd. In de liturgie van vroeger tijden, sinds de Middeleeuwen, kwam dat tot uitdrukking door vandaag, de gedenkdag van Jesus’ hemelvaart, onmiddellijk na het evangelie de paaskaars te doven en vaak ook weg te dragen. De verrezen Heer, waarvoor de brandende paaskaars symbool staat, was immers heengegaan, wèg, naar zijn hemelse Vader. Sinds de liturgiehervormingen van de vorige eeuw blijft de paaskaars juist weer wél branden tot en met Pinksteren, het feest van de komst van de Heilige Geest over de Kerk. Daarmee wordt uitgedrukt: de verrezen Heer is door zijn hemelvaart niet wèg van ons, niet àfwezig, maar juist blijvend áánwezig, alleen ánders aanwezig, doordat Hij van bij de Vader zijn heilige Geest zendt en in die Heilige Geest ons weer zèlf onnoemelijk nabij komt en blijft. Het evangelie vandaag, het slotgedeelte van het evangelie volgens Mattheüs, bevestigt dat. Natuurlijk door Jesus’ prachtige en troostrijke allerlaatste woord: Ziet, Ik ben met u, alle dagen, tot aan de voleinding der wereld. Maar ook door zijn voorlaatste woorden. Eén ervan luidt: Vormt alle volkeren tot leerling. Voor óns, ons die geen apostelen zijn, houdt dat allereerst in: word toch leerling, neem toch de levensvorm aan van leerling. Jesus gaat immers heen, om op een nieuwe manier, nog intenser dan voorheen, áánwezig te kunnen zijn. En precies daarvoor heeft Hij die leerlingvorm in ons nodig: om intenser te kunnen terugkomen en aanwezig komen in ons. Naar de mate dat we leerlingen zijn, zal Hij ons vullen, vervullen, met zijn leven bij en in de Vader. In de mate van ons leerling zijn, leeft Christus dan zijn leven, juist ook zijn hemels leven, verder in ons. Onze levensvorm van leerling zijn is daarvoor bedding, spaarbekken, mal, gietvorm, of welk ander beeld ook voor een uitgegraven en uitgeholde en uitgespaarde ruimte.

Word toch leerling; neem toch de levensvorm van leerling aan. Wat houdt dat in? Teveel om op te noemen, maar zeker houdt het ook in: stilvallen, aandachtig en ontvankelijk worden, leren luisteren, ‘oor’ worden voor Jesus’ woorden, voor zijn gelijkenissen, voor zijn evangelische leer en wijsheid. En vervolgens ook: inoefenen: die woorden onderhouden en in praktijk gaan brengen, gaan nadoen wat Jesus, de Meester, heeft voorgedaan,  Zijn voorbeeld navolgen, Jesus navolgen. We kunnen nauwelijks overschatten welk een enorme impact ervan uitgaat, als je Jesus’ woorden uit het evangelie gewoon eens zou doen, onverdund, zonder mitsen en maren.

Maar er is méér: in zijn laatste woorden verbindt Jesus dat leerling worden met onderdompeling, met gedoopt, ondergedoopt, ondergedompeld worden in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest. Dat geeft al aan, dat navolging van Christus niet het uiteindelijk bedoelde is. Christus navolgen is heel goed en noodzakelijk: om op gang te komen, om op weg te gaan, als inoefening: om in vorm te komen. Maar er blijft een afstand: Christus gaat ons voor, en wij volgen. Maar Jesus wil juist, dat die afstand zou wegvallen. Daarom die doop, die onderdompeling in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest: zoals bij onderdompeling in water alle uitgespaarde en uitgeholde ruimte volloopt, zo vloeit bij de doop de drie-ene God in ons binnen; en die blijft sindsdien dag aan dag in ons doorvloeien, tot tenslotte heel de gietvorm die de navolging in ons heeft bewerkt, volgelopen en vervuld is van Gods drie-ene naam en Gods drie-ene leven. Dan is er geen navolging meer. Dan is er geen afstand meer. Dan leeft Christus zelf in ons, dan bidt Christus in ons, dan werkt Christus in ons, – steeds met zijn Vader en door de heilige Geest.

Hoog gegrepen! Ja! En Jesus’ Hemelvaart is daarbij scharnierpunt, tezamen met Pinksteren: scharnierpunt waar onze navolging-op-afstand meer en meer overgaat in vervúld worden van Christus en zijn Geest, zodat Hij gaat leven in ons. Hoog gegrepen! Maar God grijpt nu eenmaal hoog, hemelhoog, ja: méér dan hemelhoog. Minstens kunnen wij, op weg naar Pinksteren, bidden om het steeds verder en dieper komen van de Heilige Geest. Zodat die Heilige Geest ons meeneemt in die hoge greep van God!
Amen.

br. M.

 

Scroll naar boven